Familiewapen Reijnders
Een wapen voor de familie Reijnders
Inleiding
In de volgende paragraaf "Duiding en symboliek" wordt verteld over het
waarom
en de
wijze waarop vanuit de geschiedenis van de familie Reijnders een nieuw familiewapen is ontstaan.
Voor diegenen die daarna iets meer willen weten over de wapenkunde of heraldiek heb ik in de paragraaf "Heraldiek; achtergronden" informatie opgenomen over heraldiek, en vier overzichtswerken van die materie kort toegelicht.
Daarnaast kunnen liefhebbers terecht bij de website WAZAMAR (zie link op de pagina "Nuttige web-links") die een schat aan informatie bevat over heraldiek. Op deze manier vindt je de informatie op enkele plekken gecomprimeerd bij elkaar.

Bron 1.
In deze definitie zitten enkele fundamentele onderdelen: ten eerste het erfelijke of bestendige karakter van een wapen, en ten tweede de verwijzing naar de blazoenkunst.
Dit laatste houdt een begrenzing in van het fenomeen heraldiek, zowel in de tijd als geografisch. De blazoenkunst en haar regels zijn immers een specifiek West-Europees verschijnsel, dat zich pas vanaf het tweede kwart van de twaalfde eeuw begint te ontwikkelen. Op hetzelfde moment dat wapens geleidelijk een bestendig karakter krijgen. Bestendig slaat hierbij op twee zaken, ten eerste het "vast" worden van de voorstelling van het wapen van een persoon en ten tweede de erfelijkheid van die voorstelling naar het nageslacht.
Het zinnebeeldige in de definitie verwijst naar het gebruik van symboliek bij de figuren en kleuren in de wapens die weer zijn onderworpen aan de regels van de blazoenkunst. Die laten toe dat figuren op verschillende manieren kunnen worden afgebeeld, afhankelijk van vorm van het schild, stijlperiode en vaardigheid van de kunstenaar. Daardoor onderscheiden wapens zich van emblemen of hedendaagse logo's, waarvan de vormen meestal onveranderlijk vaststaan. Bron 2.
De hertogen van Bourbon (rechts) en Bretagne in tweegevecht (bron 1).
Bronnen
1. https://nl.wikipedia.org/wiki/Heraldiek
2. "Heraldiek. Wapens kennen en herkennen", Rottier, H. en Van de Cruys, M., Uitgeverij Davidsfonds, Leuven, 2004.