Ontstaan van de familienaam Reyners uit Engels

Ontstaan van de familienaam Reyners uit Engels
 Inleiding

Op de webpagina "Hoofdlijnen / Waar komt onze familienaam vandaan" heb ik een aantal belangrijke aspecten met betrekking tot het ontstaan van onze familienaam besproken. Op deze pagina ga ik wat dieper op deze materie in. 

Patronymica, boerderijnamen en aliassen.

In het verre verleden gebruikte men vaak de voornaam van zijn vader als achternaam, om zich te kunnen onderscheiden van anderen. Van Lambertus (zie plaatje onder) waren er meerdere, maar Lambertus Derix was toch al vrij uniek. 
Er bestond dus toen niet zoiets als een vaste achternaam. Deze vorm van een achternaam noemt men een patroniem: de voornaam van de vader wordt de achternaam van het kind. 
Er komt een moment waarop de kinderen de achternaam van de vader handhaven. Zo ontstaat een vaste achternaam, dat wil zeggen een geslachtsnaam die ongewijzigd van vader op kinderen overgaat. Dat moment verschilt van regio tot regio, en loopt op sommige plaatsen door tot ver in de 18e eeuw. Hieronder een voorbeeld: 


                                                Bron 1.

Elke generatie hierboven gebruikt als achternaam een patroniem. Pas de laatste generatie van deze familie behoudt definitief de naam Derks als familienaam (eind 18e eeuw!). 
Op basis van de inschrijvingen kan men stellen dat in Zuid-Limburg rond 1600 de meerderheid van de bevolking een vaste achternaam had. 
In Midden- en Noord-Limburg daarentegen was de ontwikkeling van patronymica tot vaste familienamen in de achttiende eeuw vaak nog niet afgesloten. 
In Midden- en Noord-Limburg gebeurde het vaak dat de boerderijnaam “sterker” bleek te zijn dan de eigenlijke familienaam van de boer, vooral wanneer deze op de boerderij “ingetrouwd” was. De man kon de naam van de boerderij aannemen, of ingeschreven worden onder zijn eigen naam in combinatie met de boerderijnaam, hetgeen dan een zogenaamde 'alias-naam' oplevert. 
Tenslotte moeten we te allen tijde bedacht blijven op moedersnamen of matronymica, waarbij het kind niet de familienaam van zijn vader, maar van zijn moeder krijgt. 

Heeft men dan eindelijk een vaste familienaam, dan moet men nog rekening houden met allerlei mogelijke wijzigingen. Dat kunnen zijn vertalingen in het Latijn, in de lands- of dialecttaal, klankverschuivingen, verbasteringen en ordinaire schrijffouten (bron 1). 

Vertaling naar de familie Reijnders
Hoe heeft het bovenstaande een rol gespeeld bij het ontstaan van onze familienaam? 

Allereerst het ontstaan van de vaste familienaam, Reijnders. 
Uit de inventarisatie van de inschrijvingen en aktes van onze familie blijkt het onderstaande:

Bron 2.

Het in de inleiding benoemde klassieke voorbeeld van het aannemen van de boerderijnaam heeft zich ook in onze familie voorgedaan: Winandus Engels trouwt in ca 1659 in op de boerderij van zijn echtgenote Cornelia Aletten, genaamd Te Reyners, of Reynershof in Heythuysen op het Maxet. 
Op 29 januari 1664, te Heythuysen, was Win Engels getuige bij de doop van Mathias Senties. Bij die gelegenheid gebruikt hij voor het eerst zijn aliasnaam: Wynardus Reyners. In hetzelfde jaar, bij de doop van zijn tweede kind, Gertrudis, op
28 september 1664, gebruikt hij deze familienaam weer. Hij noemt zich Wyn Reyners.
Onze familienaam is afgeleid van deze boerderijnaam. 
Zo ontstaat er voor Winandus dus ook een aliasnaam, Winandus Engels (familienaam) alias Reyners (boerderijnaam). 

Uit deze informatie kun je afleiden dat Reyners is gebruikt als alias-naam voor Engels. Maar het is mooi dat er ook dat er documenten zijn waar deze naam voluit staat opgeschreven. Als voorbeeld hieronder de naam van zijn zoon, Henrick Engels alias Reners:

Bron 3.

Dit tekstfragment komt uit een cijns van Giel Aletten, broer van Cornelia Aletten, opgenomen in de legger van cijnsen van de laatbank Aldenhoven te Heythuysen. De betreffende passage is opgesteld kort na 31 januari 1688. Op dat moment is Henrick in de cijns opgenomen met beide namen, waarschijnlijk om heel zeker aan te geven over welke Henrick het hier gaat.

De boerderijnaam Reynershof zelf is weer afgeleid van de voornaam van een eerdere eigenaar van die boerderij,
Reiner Aletten. Daarmee is de familienaam Reyners (en later Reijnders) dus een patroniem.  
Hieronder een fragment van onze stamboom waarin de relatie tussen Win Engels alias Reyners, de echtgenoot van Cornelia Aletten, en Reiner Aletten staat vermeld. Op de onderste rij staat Willem Aletten de vader  van Cornelia.
Reiner Aletten is zijn vader en de opa van Cornelia. 

Bron 4.

Bij de familie Aletten zien we nog meer kenmerken terugkomen van wat in de inleiding staat over familienamen. 
Allereerst de patronymica. Cornelia heeft zich op meerdere manieren laten registreren: als Cornelia Willems, dus als Willem’s-dochter. Een klassiek patroniem. En als Cornelia Reynders, vernoemd naar de boerderij waar ze woonde, Reynershof, en daarmee indirect naar haar opa, Reiner Aletten. Ook van Willem Aletten heb ik een inschrijving (van zijn begrafenis) waarin hij wordt ingeschreven als Willem Reijnders. Dit kan zowel een patroniem zijn, dus Reiner’s-zoon, als afgeleid van de boerderij, “van Reyners-hof”. De laatste is, aan het eind van zijn leven, de meest waarschijnlijke.

Tenslotte de familienaam van Reiner: Aletten. Deze is afgeleid van de, in die tijd, gangbare vrouwenroepnaam Alet. In de documenten van de familie Aletten vinden we deze roepnaam terug  in de vorm van Aleidis, Aelken of Leethen. De familienaam Aletten is daarmee een matroniem, afgeleid van de voornaam van de moeder.
Dat strookt met het feit dat Reiner's moeder Aelken (Aleidis of Aleth) Gielen heette. 
De afstamming bij deze familie ziet er dus zo uit:
Aleth Gielen alias Verborch (geb. ca 1542) -> Reiner Aletten (geb. ca 1574) -> Willem Reijnders (geb. ca 1599) -> Cornelia Willems (geb. ca 1634). 
Eén matroniem en twee patroniemen op rij. 
Zie voor een uitgebreide beschrijving van de familie Aletten de webpagina's in het hoofdstuk Generaties van 
Win Verborch en Reiner Verborch alias Aletten.

Uit de voorgaande uiteenzetting blijkt de verklaring van de familienaam Reyners (patroniem van Reiner Aletten) en het tijdstip van ontstaan (29 januari 1664). Daarnaast is inzichtelijk gemaakt wanneer de achternaam in onze familie “vast” is geworden (29 januari 1686). Na enkele jaren waarin de aliasnaam nog samen met de "oude" familienaam werd gebruikt was men op 10 augustus 1689 definitief "om". Daarna is het altijd Reyners gebleven. Het “vast” worden van onze familienaam, eind 17e eeuw, sluit daarmee ook aan bij datgene wat daarover in de inleiding is gezegd (ver na 1600), en past in de gewoonten van Midden-Limburg in die tijd. 

Spellingsvarianten

Maar zoals in de inleiding aangegeven, een vaste familienaam kan nog allerlei wijzigingen ondergaan. In de periode van de Doop-Trouw-Begraaf-registers (in Heythuysen 1651-1797), vertelde een aangever aan de pastoor wat zijn achternaam was, waarschijnlijk in het dialect. Afhankelijk van wat de aangever vertelde (familienaam, boerderijnaam, patroniem) schreef de pastoor iets op, wat hij dacht te horen en volgens zijn eigen geheugen. Dat daarbij variaties ontstonden is duidelijk.
Nadrukkelijk gebruik ik hier de formulering "varianten" en niet "spelfouten". In die tijd bestond er nog geen vaste spelling en er was dus geen "goed" of "fout". Op de Generatie-pagina van Jacobus Reijnders (1866-1943) ben ik, in een intermezzo, wat dieper op in gegaan op het onveranderlijk worden van de familienaam als gevolg van de invoering van de Burgerlijke Stand (1796) en de invoering van een officiële Nederlandse spelling (1863).

Om bij de spellingsvarianten een beeld te krijgen heb ik alle versies van de schrijfwijze van onze familienaam Reijnders opgenomen in onderstaande tabel, met een datum van gebruik:

                                                       
                                                        Bron 2.

In onze familie (zover als ik die nu heb onderzocht) komen 10 varianten voor. 

Ook na de invoering van de Burgerlijke Stand, in Zuid-Nederland in 1796, is de achternaam nog niet onveranderlijk. Vanaf toen werd in alle (geboorte-, huwelijks- en overlijdens-)aktes de namen van de ouders vermeld. Maar kennelijk vond er nog geen sluitende controle plaats. En zo kon het zijn dat Wilhelmus Reiners (achternaam volgens zijn eigen geboorteakte (1815) en trouwakte (1851)) in 1866 toch de geboorte van een zoon kon aangeven die Jacobus Reijnders heette. Toevallig een van de eerste varianten die in 1686 ook al eens werd gebruikt (zie boven).
Daarna is onze familienaam niet meer veranderd. 

Hieronder een overzicht van deze laatste fase van familienaamvorming: 

Bron 2.

 Uit deze uiteenzetting blijkt, zoals hierboven geconcludeerd, dat onze familienaam (in 2023) inmiddels 359 jaar bestaat, en in de hedendaagse schrijfwijze 157 jaar. 

Een genealogisch deskundige zegt over het ontstaan van de nieuwe familienaam Reijnders het volgende:
“De naam Te Reynders verwijst natuurlijk naar het feit dat op die boerderij jouw familie Reijnders heeft gewoond. Maar aangezien je voorvader Winandus/Winocus Engels daar introuwt en vervolgens de naam van de boerderij overneemt ontstaat er een nieuw geslacht Reijnders. Dat van jou. 
En, ik heb dit reeds gezegd, de bronnen voor wat betreft Heythuysen zijn echt dun gezaaid. Je mag al de handen dicht knijpen met het feit dat er is vast gesteld dat rond 1660 een nieuw geslacht Reijnders is ontstaan.” Bron 5.

Hieruit blijkt dat het toch wel bijzonder is dat in Heythuysen zo precies kan worden vastgesteld wanneer een nieuwe familietak is ontstaan. Dat geeft wat extra glans aan dit mooie resultaat. 

Bronnen 

1.   "
Limburgse voorouders", Régis de La Haye, Maastricht 2005, pag. 134.
2.   Inventarisatie van de familienamen in de DTB-inschrijvingen en GHO-akten door Henk Reijnders, 23-1-2021.
3.  RHCL 14.D.035 Archief klooster St. Elisabethsdal te Nunhem, inv.nr. 149, Legger cijnsen Laatbank Aldenhoven
      1684-1731, cijnskaart nr. 47.
4.  Notitie inzake de genealogie van Reiner Verborch alias Aletten, Henk Reijnders, Ospel 1 december 2020.
5.  Genealogie Henk Reijnders, Ospel, email Jan Hanssen, 13-1-2017. 


Share by: